10. Dunedin, Otago Peninsula, Oamaru, Akaroa, Banks Peninsula I (19 - 23 januari 2024)

23 januari 2024 - Okains Bay, Nieuw-Zeeland

Hallo allemaal,

verstopt in regen en wind op de groene camping in Okains Bay op Banks Peninsula zonder externe stroom, dus ik moet straks naar een stekker lopen. Ik dacht dat ik hier een powered site had, maar die hebben ze hier niet. Het is wel een hele mooie grote plek met uitzicht op een rivier, die heel dichtbij in een van de vele baaien die dit schiereiland rijk is uitmondt. Gisteren, tijdens een lange rit van 300 km vanaf Dunedin, was het prachtig weer en de temperatuur tikte zelfs 30 graden aan. Vandaag is het rond de 13 graden, regent het af en toe en waait het hard. Morgen ook koud, maar wel zon. En overmorgen ga ik met de dolfijnen zwemmen en dan loopt de temperatuur zelfs op tot 17 graden. Het moet niet gekker worden.

En ik heb eindelijk pinguïns gezien in Oamaru. Dat wist ik nog van 2008: inmiddels is de kolonie Blauwe dwergpinguïns gestegen van 3 paren in 1992 naar ruim 200 nu. Het is de kleinste pinguïnsoort, maar 30 cm kort, maar ze zijn wel schattig. Helaas mochten er geen foto's worden genomen. In 2008 waren er nog geen tribunes, maar nu wel. Ze hebben jongen in deze tijd en daarbij worden ze geholpen door de natuurbeschermers. Die hebben stevige nestkasten gebouwd en zorgen ervoor dat de roofdieren (hermelijnen (in het engels: stoats), possums, katten en ratten) op afstand blijven. Dat gebeurt voornamelijk door vangkooien te plaatsen. Onderweg naar de plaats waar de pinguïns aan land komen, zat een hermelijn in een energiepaal, dus ik vrees dat ze nooit ver weg zijn. Niet alle pinguïns komen op het beoogde punt het strand op; op de terugweg zaten er een paar langs de kant van de weg, dus ik vrees dat ze het niet allemaal overleven. De ouders hebben het heel druk: als de jonge pinguïns 2 tot 3 weken oud zijn, hebben ze zoveel eten nodig dat beide ouders op pad moeten. Dat doen ze van 4 uur in de ochtend tot ongeveer één uur voor zonsondergang en dat is nu 21 uur. Dus die arme beesten hebben het zwaar. Als de 2 jongen per nest 8 weken oud zijn moeten ze het zelf zien te redden; dan krijgen geen eten meer van hun ouders. Ze blijven 2 tot 3 jaar in zee. Al die tijd komen ze niet aan land. 50% haalt het eerste jaar niet. Daarna overleeft 85% deze beproeving. Ze krijgen hun jongen op dezelfde plek waar ze zelf geboren zijn en hebben een vaste partner. 

De kans dat ik nog Geeloogpinguïns te zien krijg, is uiterst klein. Ze zijn er wel, maar zeer laag in aantal. Je moet net mazzel hebben om ze uit de zee te zien komen tegen zonsondergang. In Akaroa, ook hier op het schiereiland, heeft er lange tijd van 1904 tot 1917 een Geeloogpinguïn rondgelopen. Hij was gered door de toenmalige hoteleigenaar en is niet meer weggegaan. Ik heb mij in het museum van Akaroa op de foto laten zetten met deze beroemde pinguïn. Ik heb trouwens begrepen dat het aantal Geeloogpinguïns zo laag is, omdat er een (ademhalings-)ziekte onder de pinguïns zou heersen. 

De Koningsalbatros (Northern Royal Albatros) pakt het iets relaxter aan. Op het uiterste puntje van Otago Peninsula (Taiaroa Head) maken ze hun nesten en broeden beide ouders (ook voor het leven) 1 ei uit. Het jong wordt een jaar lang verwend door de ouders. Daarna mogen de ouders een jaar lang vakantie vieren voor de kust van Chili. Daar broeden ze niet. Dan komen ze terug en begint de cyclus opnieuw. Toen ik er was waren er 45 nesten en 41 levensvatbare eieren, maar ik heb maar 4 nesten gezien. De anderen lagen verscholen achter een heuvel. De Albatros is vooral indrukwekkend als die vliegt met een enorme spanwijdte van ruim 3 meter. De vleugels zijn vrij smal en enigzins 'geknakt'. Op het nest zie je dat niet en is die vooral te herkennen aan de lange 'haakneus'. Het barst er ook van de meeuwen, verschillende soorten, die ook allemaal jongen hebben. Enorme herrie ook, maar ze laten elkaar wel met rust. Ook de albatrossen worden nauwlettend in de gaten gehouden: alle eieren worden, net vóór ze uitkomen in een couveuze gelegd, omdat er insecten zijn die een warm en vochtig albatroskuiken erg lekker vinden. Dus de kuikens worden een paar dagen beschermd en als ze goed opgedroogd zijn weer bij hun ouders in het nest gelegd. De ouders worden ondertussen gefopt met een nep-ei. De Nieuw-Zeelanders doen erg veel om deze unieke kolonie te beschermen. 

Op diverse locaties langs de route (van Dunedin tot bijna Christchurch)  heb ik zeehonden (vooral de NZ Fur Seals) gezien. Heerlijke relaxte beesten. Ze slapen of wassen zich loom in het water. Ik heb er verschillende filmpjes van gemaakt. In Orokonui Ecosanctuary (omheind natuurreservaat, 20 km ten noorden van Dunedin) heb ik de zeldzame Takahe met jongen gefilmd. De Takahe is, evenals de Kiwi, een loopvogel, die in 1948 herontdekt is. Men dacht dat die uitgestorven was, maar er is toen nog een kolonie ontdekt. Men is er dus nu heel zuinig op. In datzelfde natuurreservaat ook een paar vogels gezien die ik nog niet gezien had: de Bellbird (groen vogeltje) en de Kaka (de papegaaiachtige). Mijn favoriet blijft de Tui: zwart met witte bef. Maakt mooie geluiden en de jongen zijn erg leuk. Ze vliegen als gekken achter elkaar aan en dagen elkaar uit. 

Ik heb zelfs twee keer gezwommen. De eerste keer moest ik er een stukje voor lopen vanaf de camping, maar het was de moeite waard. Afgelopen zaterdag en het was zelfs druk op het strand en in het water! En gelukkig ook behoorlijk wat golven, want het was aan de zeekant (ten zuiden van Dunedin aan zee). De tweede keer was in de baai in Oamaru. De kleur van het water was prachtig groen, maar het was erg ondiep. De getijden zijn dan zo groot dat het bij eb helemaal droog valt. Hoe ondiep, merk je pas als je al een eindje op weg bent, maar je kunt ook in 50 cm zwemmen :-) 

Ik heb nog veel meer gezien en gedaan. Een opsomming in chronologische volgorde:

- Dunedin: ooit gesticht door de Schotten. Veel gebouwen herinneren daaraan: Universiteit, Railway Station, First Church, Kathedraal met 'moderne' achterkant. Gemeentehuis wordt gerenoveerd. 

- Net ten zuiden van Dunedin ligt Otago Peninsula (schiereiland): Lanarch Castle met prachtige tuinen (het enige kasteel dat NZ kent; uiteraard door een Schot gebouwd en later door de Barker family opgeknapt en open gesteld voor publiek), Taiaroa Head met de Koningsalbatros en zeehonden, Sandfly Bay.

- Oostkust Dunedin - Oamaru: Orokonui Ecosanctuary, Shag Point met zeehonden, Moeraki Boulders met ronde stenen op het strand en de Blauwe dwergpinguïnkolonie op het strand van Oamaru. Oamaru zelf is ook aardig: veel historische gebouwen die voor een groot deel een nieuwe bestemming hebben gekregen. De spoorlijn en bijbehorend materieel laat je een tijd roesten en dan is het een 'historic site'.  Dat zie je door heel NZ. In Oamaru hebben ze er wel meer mee gedaan. 

- Route Oamaru - Banks Peninsula: toen ik vertrok uit Oamaru kwam ik langs het oude houten treinstation, waar nu een restaurant is gevestigd en een enorme kerk. Dat bleek een (katholieke) basiliek te zijn. Zo'n zelfde kerk, maar dan nog een beetje groter, staat  in Timaru, zo'n 100 km ten noorden van Oamaru. Kennelijk nog genoeg katholieke zieltjes in NZ, want de beide basilieken zagen er zeer goed onderhouden uit, zowel van binnen als van buiten. 

- Banks Peninsula is het schiereiland dat net onder Christchurch ligt. Het schiereiland is gevormd door een vulkaan.  De krater staat vol met water. Arakoa is de grootste plaats. De Fransen waren net te laat om het te claimen. De engelsen waren hun voor met het Verdrag van Waitangi (1840). Inmiddels waren er al een hoop Fransen onderweg naar NZ en die zijn gebleven en dat merk je nog steeds: de straatnamen zijn frans en er is een boucherie en een gendarmerie. En Belgische wafels, maar die waren vandaag niet te koop vanwege personeelstekort. Misschien een leuke vakantiebaan voor Belgische franstalige jongeren? Het is een hele uitdaging om op de wegen op de kraterwand te rijden. 

Vanmorgen vroeg stond er een toezichthouder rond 7.45 uur te kloppen op mijn camperdeur. Ik stond inderdaad (voor het eerst!) op een parkeerplaats in Akaroa waar 'camping' verboden is. Gisteren bleek de 'Freedom Camping' vol (ook daarin lijken de Kiwi's op Nederlanders) en de camping vond ik te ver van het centrum afliggen. Gelukkig bleef het bij een waarschuwing. Op illegaal kamperen staat een boete van NZD 400 = 225 euro! Zou een duur nachtje zijn geworden. Ik ben toch blij dat ik het gedaan heb. Gisteren was het mooi weer en ik heb nog een paar uur rondgelopen in het centrum met prachtige oude gebouwen en diverse mooie tuinen. Vanmorgen met het slechte weer het kleine museum in Akaroa bekeken met onder andere de oude courtroom. 

Meer dan genoeg tekst voor bij de 350 foto's en 3 filmpjes. Hopelijk lukt het met de stroom. Anders komen ze later. Ik blijf tot donderdag nog in Okains Bay, donderdag met de dolfijnen zwemmen en dan op naar Christchurch. Gaan jullie nog iets leuks doen?

Groeten Annemiek

Foto’s

1 Reactie

  1. Hanny:
    24 januari 2024
    Wat 'n verschil in weersomstandigheden, zeg. En jammer dat je de pinguïns niet mag fotograferen. Maar ik zie geen enkele foto (kennelijk lukt het niet), dus dat maakt voor de meelezers vooralsnog niet uit, ha. Ik kijk later nog een keer. Veel plezier verder!