18. Stockholm (19 en 20 augustus 2021)

Wisten jullie dat Stockholm gebouwd is op heel veel eilanden? Ik had het misschien moeten en kunnen weten, maar eerlijk gezegd was het niet tot mij door gedrongen. De oude stad (Gamla stan) ligt op het gelijknamige eiland en er pal naast ligt Riddarholmen, het oude slot dat er niet zo oud uitziet, omdat het in de 18e eeuw volledig is afgebrand en daarna - in een veel saaiere vorm - weer is opgebouwd. Het wordt nu gebruikt als gerechtshof (hoger beroep). De overige 1 miljoen mensen, die Stockholm rijk is (=10% van de totale Zweedse bevolking) woont op heel veel andere eilanden. De meeste zijn verbonden met vaste bruggen, maar je kunt ook veerboten nemen of de ondergrondse. Na een (gratis) nachtje camperen in Norrtälje aan een jachthaven, op een uurtje rijden van Stockholm, had ik 's morgens op tijd een plek veroverd op een mix parking (= voor auto's en campers), waar je max 24 uur mag staan. Dichtbij het centrum. Leuk uitzicht op - alweer - bootjes (waaronder een Fries Skutsje met toelichting!). Ik had bij de betaalautomaat van de parking wat moeite met het indrukken van de knoppen waardoor ik per ongeluk 2 x 24 uur heb betaald. Ik ging er dus vanuit dat ik geen boete zou krijgen als er gecontroleerd zou worden.  Slechts 30 euro voor 2 nachten, maar die 2e nacht heb ik niet meer gered, want het was geen geweldige slaapplek. Enorme herrie. Dus de volgende morgen ben ik naar de dichtstbij zijnde camping gegaan op een ander eiland bij natuurlijk een jachthaventje. Ik heb Betsy na lange tijd van stal gehaald. Zo'n 8 km, wel te doen, maar lastig als je de weg niet weet. Met de gps op de telefoon is het gelukt. Ook om de camping weer terug te vinden. 

De eerste dag ben ik begonnen met het stadhuis, waar ik een hele leuke rondleiding heb gehad. Over 2 jaar is het pas 100 jaar oud, maar de architect heeft er zijn historische ambities op uitgeleefd. De Blue Hall (nu in renovatie) is bekend van het banket dat er gehouden wordt na het uitreiken van de Nobelprijzen. De Nobelprijzen zelf worden uitgereikt in het Nobelprijzenmuseum, dat helaas pas gisteren sinds de Coronalockdown is opengegaan. De Blue Hall is overigens niet blauw, maar vooral rode baksteen en groen marmer. Het moest blauw worden (vanwege het overal aanwezige water), maar de architect was nogal wispelturig en veranderde regelmatig van gedachten. De naam bleef. De Gouden hal is helemaal de moeite waard. Het is echt goud (bij elkaar gesprokkeld via 'crowdfunding') en rijke bedrijven mogen er hun feestjes geven. Vóór Coronatijd werden in een meer bescheiden zaal van het stadhuis 70 huwelijken op één dag gesloten. Voor slechts 80 euro mogen rijk en arm daar trouwen. 

Het barst van de musea in Stockholm. Ik heb mij (op dag 2) beperkt tot het Abba Museum naast het koninklijk paleis met een functie vergelijkbaar met het Paleis op de Dam. Er worden nog steeds officiële gelegenheden gehouden en koninklijke gasten en andere staatshoofden ontvangen en die verblijven vaak ook in het paleis. Zo hebben Beatrix en Claus er in 1987 ook geslapen. Donderdag was het droog, maar nog niet echt mooi weer. Dat was het vrijdag wel en alles en iedereen was dan ook buiten. Ik heb mij met de fiets ertussendoor gewurmd. Het was nog erger dan Amsterdam (wat ik mij ervan herinner). Komt ook door de vele werkzaamheden aan wegen/kerken/gebouwen etc. Af en toe leek het één grote bouwput. Ze zullen ook minder tijd hebben om alle werkzaamheden uit te voeren. In de winter zal niet veel kunnen gebeuren. Over 2 jaar bestaat niet alleen het stadhuis van Stockholm 100 jaar, maar dan wordt ook de 500 jaar onafhankelijkheid van Zweden gevierd. Dan moet je als hoofdstad er wel netjes uitzien. En daar komen dan nog de elektrische stepjes bij. Die racen ook overal doorheen. Wel handig, maar gevaarlijk. Iedereen kan ze gebruiken als je een app download. Ik vraag mij wel af, wie ervoor zorgt dat ze opgeladen worden. Mensen laten die dingen op de meest onmogelijke plekken achter. Het Abba Museum ligt op een eiland dat voor een groot deel groen is met de gebruikelijke gecombineerde fiets- en voetpaden. Dus ik heb na het bezoek aan het museum het eiland rond gefietst. En ik zag dat de donkere wolken zich samenpakten boven het centrum van Stockholm en natuurlijk werd ik ook nat, maar dit keer maar half. Ik ben op tijd aan de groene sangria gegaan. 

Inmiddels ben ik terecht gekomen in Jönköping aan het Vättern meer, dat ligt ten zuidoosten van het Vänern Meer, waar ik op de heenreis min of meer gedwongen door het technische mankement van Miep, een week heb gestaan. Miep heeft er overigens geen last meer van het mankement gehad. Het Vävern meer is het grootste meer, maar het Vättern is ook erg groot. Het was vandaag mooi weer (20 graden en zonnig) en die ruim 300 km vanuit Stockholm had ik begin middag al gehaald, want alleen snelweg. Jullie raden het al: ik heb gezwommen in het Vättern meer en daarna de camping opgezocht. Het water was fris, maar heel helder. En het was een zandstrandje. Het is  morgen ook nog mooi weer hier, dus ik blijf een dag extra vóór ik Kopenhagen ga opzoeken. Vanuit hier via Malmö naar Kopenhagen is ook ruim 300 km, dus dat gaat lukken in één dag. Dan heb ik twee dagen om Kopenhagen te ontdekken. 

Groeten Annemiek